13jul

NOvA weerspreekt standpunt Rechtspraak en OM over ‘misbruik van procesrecht'

De NOvA verzet zich tegen het beeld dat advocaten massaal misbruik maken van het procesrecht, bijvoorbeeld middels het instrument wraking of het neerleggen van de verdediging. Het wekt de nodige verbazing dat dit, zonder echt inhoudelijke onderbouwing, door de voorzitters van de Raad voor de Rechtspraak en het College van Procureurs-Generaal wordt gesteld in een brief aan minister Dekker, met als onderwerp ‘misbruik van procesrecht’.

In deze brief stellen Gerrit van der Burg en Frits Bakker dat "relatief een grote hoeveelheid wrakingsverzoeken lichtvaardig wordt ingediend of met onvoldoende kennis van de eisen die aan wraking worden gesteld." Dat zorgt volgens hen voor vertraging in de behandeling van zaken en daarom doen zij voorstellen voor een wetswijziging om wraking moeilijker te maken. Volgens de Raad en het College biedt de huidige wrakingsprocedure “(te) weinig ruimte om bij voorbaat kansloze wrakingsverzoeken vereenvoudigd te kunnen afdoen en misbruik van procesrecht tegen te gaan."

Algemeen deken Bart van Tongeren reageert: “Dat een aanzienlijk percentage van de verzoeken wordt afgewezen, betekent niet dat al die verzoeken op voorhand volstrekt kansloos waren. Die conclusie is veel te kort door de bocht. Daarnaast blijft het aantal wrakingsprocedures sinds jaren stabiel, zo blijkt uit de in de brief aangehaalde cijfers." Het is daarom onduidelijk wat de aanleiding voor de brief is. Van Tongeren: "Jammer dat uit de brief ook niet blijkt hoe vaak er in strafzaken wordt gewraakt én of dit is onderzocht."

Ook de suggestie dat advocaten alleen nog de verdediging zouden moeten kunnen neerleggen na voorafgaande toestemming van deken is onbegrijpelijk, aldus Van Tongeren: "Dit is direct in strijd met de wettelijke kernwaarde onafhankelijkheid, zoals neergelegd in artikel 10a van de Advocatenwet."

De NOvA heeft in haar reactie op de brief gesteld met spoed in gesprek te willen met beide voorzitters. Daarbij heeft de NOvA het graag ook over andere belangrijke factoren die in de praktijk van de civiele- en strafrechtspleging voor grote vertragingen zorgen, maar die nu onderbelicht blijven.

2018