Rechtsbescherming ontbreekt bij nieuwe Wet gegevensvergaring openbare orde
Rechtsbescherming krijgt niet of nauwelijks aandacht in het wetsvoorstel ‘Wet gegevensvergaring openbare orde’. Het wetsvoorstel zorgt ervoor dat de politie burgers kan volgen op publiek toegankelijke bronnen, zoals sociale media. Die data kunnen ook worden opgeslagen. Dit alles na goedkeuring van de rechter-commissaris. De NOvA adviseert de wetgever nader te motiveren hoe de rechtsbescherming vorm krijgt.
Het volgen van burgers op social media is nodig als een burgemeester meent dat sprake is van een ‘ernstige verstoring van de openbare orde’, of dat er ‘aanwijzingen’ bestaan dat zo’n verstoring zal plaatsvinden. De adviescommissie bestuursrecht van de NOvA begrijpt dat het direct informeren van een persoon na afgifte van een machtiging het effect van de maatregel wegneemt, maar het is nu onvoldoende duidelijk wanneer een persoon wordt geïnformeerd.
Andere personen
De NOvA merkt ook op dat bij het volgen van personen onherroepelijk ook andere mensen in beeld komen of gegevens van andere personen worden verzameld. Los van de vraag of het wetsvoorstel op dit punt voldoende waarborgen biedt, is ook hier de rechtsbescherming niet voldoende uitgewerkt. Verder is de adviescommissie van oordeel dat het wetsvoorstel een nuttige aanvulling is op de gereedschapskist van de burgemeester en de politie en voorziet in een behoefte. Dit ook gelet op steeds verdere digitalisering van de samenleving en de eveneens nog steeds toenemende betekenis van het digitale domein bij openbare ordeverstoringen.
Meer informatie
Wetgevingsadvies Wet gegevensvergaring openbare orde (12 september 2025)