25jan

Hoezo, financiële bijdrage?

Elke advocaat heeft medio januari de factuur voor de financiële bijdrage aan de Nederlandse orde van advocaten ontvangen. Waarom eigenlijk? Susan Kaak en Jeroen Soeteman, de voormalige en nieuwe portefeuillehouder financiën binnen de algemene raad, lichten toe wat er met de financiële bijdrage van advocaten gebeurt en wat zij daaraan hebben.

Nieuwsbericht_financiele bijdrage_260x173_A

Waarom moeten advocaten meebetalen aan de NOvA?
“Elke advocaat is wettelijk verplicht lid van de Nederlandse orde van advocaten en betaalt hiervoor een financiële bijdrage aan de NOvA. Als publiekrechtelijke beroepsorganisatie ontvangt de NOvA geen subsidie van de overheid, maar ‘draait’ voor de wettelijke taakuitoefening op de bijdragen van alle ruim 18.500 advocaten die gezamenlijk de NOvA vormen. Elke advocaat die op het tableau is ingeschreven, draagt zo bij aan de kosten die de NOvA maakt voor de advocatuur als geheel.”

Wat doet de NOvA met het geld van advocaten?
“Samen leveren alle advocaten een belangrijke bijdrage aan het in stand houden van de rechtsstaat in Nederland. Met hun bijdrage zorgt de NOvA ervoor dat de kernwaarden van de advocatuur optimaal kunnen worden uitgeoefend. De wettelijke taken bestaan uit het bevorderen van een behoorlijke uitoefening van de praktijk door advocaten, het opstellen van regelgeving, het hooghouden van de kwaliteit van de advocatuur, het zorgdragen voor de beroepsopleiding, de bekostiging van de tuchtrechtspraak en het houden van systeemtoezicht. Wat de NOvA hiervoor doet en wat dat kost, is terug te vinden in ons jaarverslag en financieel verslag.”

Wat heeft elke individuele advocaat hier aan?
“Mede doordat advocaten gezamenlijk de NOvA bekostigen, brengt dat voor onze beroepsgroep zelfregulering met zich mee. Dat is belangrijk gezien de bijzondere positie van advocaten in de rechtsstaat – met bijbehorende privileges ten behoeve van de goede rechtsbescherming van rechtzoekenden – zodat advocaten onafhankelijk van de overheid hun werk kunnen doen. Te meer daar de overheid geregeld ook de partij is tegen wie rechtzoekenden moeten procederen om hun recht te kunnen halen. Door de opleidings- en kwaliteitseisen waaraan elke advocaat moet voldoen, met toezicht hierop en in het uiterste geval tuchtrecht als sluitstuk, blijft de kwaliteit en integriteit van onze beroepsgroep hoog. Dat komt allereerst de rechtzoekende ten goede, maar ook het imago van de advocatuur. Daar profiteert elke advocaat van, want het geheel is zo sterk als de zwakste schakel.”

Hoe wordt de hoogte van de financiële bijdrage bepaald?
“De financiële bijdrage is gebaseerd op de begroting, die wordt opgesteld door de algemene raad en vastgesteld door het college van afgevaardigden. De meeste advocaten vallen in categorie 1 en betalen dit jaar € 1.038. Advocaten met een bruto-inkomen van minder dan € 40.000 vallen in categorie 2 en betalen een stuk minder: € 339. Ook advocaten die in totaal minder dan drie jaar op het tableau staan ingeschreven, zoals advocaat-stagiairs, vallen automatisch in de lage categorie. Advocaten die gedurende het jaar worden beëdigd, betalen een evenredig deel van de financiële bijdrage. Momenteel kijken we hoe de systematiek op termijn mogelijk verder kan worden verfijnd, bijvoorbeeld door een gedifferentieerde financiële bijdrage met meerdere inkomenscategorieën.”

Waarom is de financiële bijdrage gelijk gebleven?
“Dat is een bewuste keuze, om de advocatuur niet op nog hogere kosten te jagen in deze periode met hoge inflatie. We hebben ervoor gekozen om het tekort in de begroting van € 469.000 niet door te belasten aan alle advocaten, maar op te vangen uit de algemene reserve. Dat was vorig jaar, waarin sprake was van een recordinflatie, ook al deels het geval. Daar komt bij dat we als beroepsorganisatie zeer prudent met het geld van advocaten omgaan.”

Waarom moet een advocaat behalve aan de landelijke orde ook aan de lokale orde bijdragen?
“De elf lokale orden hebben een zelfstandige positie, met eigen bevoegdheden en verantwoordelijkheden. Hun kerntaak is het houden van toezicht op de advocaten en de klachtbehandeling in hun arrondissement. Daarnaast houden zij zich onder andere bezig met stagiair- en opleidingsaangelegenheden. Elke advocaat draagt hiertoe bij aan de lokale orde.”

Wat gebeurt er de komende jaren met de financiële bijdrage?
Voor 2025 en 2026 valt een verhoging van de financiële bijdrage niet uit te sluiten. Dit heeft voor een belangrijk deel te maken met de ontwikkelingen op het gebied van het toezicht. De komst van een landelijk toezichthouder advocatuur (LTA) is inmiddels een gegeven, maar hoe en wanneer is nu nog niet helemaal duidelijk. Waarschijnlijk brengt dit wel extra kosten met zich mee, die we als beroepsgroep zelf moeten opvangen.”

2024